Vanuit Egypte naar Wadi Rum en Petra
Met Petra, de beroemde rotsstad, als belangrijkste trekker, en de Wadi Rum–woestijn (je weet wel, van Lawrence of Arabia) als goede tweede. Mocht je deze hotspots eerdaags gaan zien, stop dan de volgende reistips in je koffer om het maximale uit je bezoek te halen.
Veerboot Nuweiba-Aqaba
In het Egyptische Nuweiba vaart een veerboot meerdere malen per dag de Golf van Aqaba over naar het Jordaanse Aqaba.
Neem dan wel de snelle ferry van Meenagate ‘Babel’ en niet de rampzalige staatsferry. Met de Meenagate Babel-boot kun je ’s ochtends heen en ’s avonds weer terugvaren.
Over een Jordaans visum hoef je je geen zorgen te maken. Wie via Aqaba het land binnenkomt, ontvangt het helemaal gratis. Zo kun je snel door om je reis landinwaarts te maken.
Mocht je vooraf in Egypte nog geen verder vervoer hebben geregeld dan kun je bij de prima Tourism Office van Aqaba excursies richting noorden boeken. Organiseer je liever alles zelf dan neem je de regionale bus of taxi noordwaarts. De eerste stop in Wadi Rum ligt op nog geen 70 kilometer van Aqaba.
Wadi Rum
In Wadi Rum stuit je net voor het dorpje Rum vanzelf op het Rum Visitor Centre. Hier kun je alle informatie krijgen die je hebben wilt en ook je woestijntrips regelen. Het gebied voorbij het Centre is beschermd gebied (en inmiddels ook Unesco-erfgoed) en zonder gids – altijd een bedoeïen – kom je simpelweg de woestijn niet in.
Uiteraard kun je wel gewoon naar het dorp, maar echte tochten mag je in je eentje niet in de woestenij maken. Excursies zijn er bijna in alle kleuren en maten: te voet, per fourwheeldrive, te paard of kameel. Om maar een paar voorbeelden te noemen.
Lawrence of Arabia
De tochten voeren langs de highlights van Wadi Rum, van enorme rotsbruggen, vermeende verblijfplaatsen van Lawrence of Arabia, tot Thamudische en Nabatese rotstekeningen en -inscripties. Kortere en langere routes vind je op duidelijke overzichtskaarten in het Centre.
Accommodatie kun je ook in het Visitor Centre boeken, van een eenvoudige tot wat meer aangeklede tent, al dan niet bij een bedoeïenenfamilie. Een Bed & Breakfast in het dorp is ook een aardige optie. In het buitengebied kun je zelfs een chalet betrekken (in het ‘kamp’ Bait Ali). Best aangenaam in de winter wanneer de woestijnnachten letterlijk ijzig koud kunnen zijn.
Maak je overigens geen illusies over het authentieke karakter van je nomadische nacht. Feitelijk wonen nog maar weinig bedoeïenen in de woestijn van Wadi Rum, velen vonden er nauwelijks meer een bestaan en wonen nu in zogenaamde Royal Villages, kleine huisjes die volgens zeggen door de Jordaanse koning Abdallah II bekostigd zijn.
Camel Racing Festival
Je herkent de wijkjes vol blokkendozen direct, je ziet ze in de dorpen van Wadi Rum, maar ook elders in Jordanië. Vaak staat er nog wel een tent in de achtertuin – souvenir aan de dagen van weleer – en wordt er nog kleinvee gehouden. Maar de belangrijkste bron van inkomsten vinden de bedoeïenen tegenwoordig in het toerisme.
In het dorpje Diseh wordt eens per jaar het Camel Racing Festival gehouden. Niet in dit jaargetijde, maar mocht je iemand over turbodromedarissen willen spreken dan kunnen ze je vast helpen bij het Visitor Centre. Heb je na je tocht trek in een biertje: midden in Rum kun je dat gewoon krijgen in het enige restaurant van formaat. En het zelfs buiten op het terras langs de openbare weg opdrinken! ;-)
Petra
Voor Petra moet je als het even kan echt meer dan één dag uittrekken. De fabuleuze Nabatese rotsstad is zo immens groot en indrukwekkend, het zou jammer zijn om alleen de gebruikelijke routes in de benedenstad te doen. De tweede dag kun je dan meer gaan klimmen en plaatsen bezoeken waar nauwelijks toeristen komen.
Zoals de top van Zibb Attuf, de ‘High Place’ met offerplaats en het Farasa-dal waar je na een prachtige afdaling weer terecht komt. Het ‘klooster’ Ad-Deir is ook een must. Een echt heftige tocht voert naar Jbel Harun, met het graf van Aäron, de broer van Mozes, op de top.
Getrouwd met een bedoeïen
Ook Petra heeft een Visitor Centre, waar je alle informatie over routes en eventuele bedoeïenengidsen (hier niet verplicht) kunt krijgen. Naast Groot Petra is er ook nog Klein Petra, dat wat verderop en meer besloten ligt, maar zeker ook de moeite waard is. Wil je de stukjes unieke Nabatese fresco’s op het plafond van een van de grotwoningen wat beter zien, neem dan je zaklantaarn mee.
In Petra kom je vanzelf de naam van Marguerite van Geldermalsen tegen, een Nieuw-Zeelandse vrouw (van Nederlandse origine) die met een bedoeïen trouwde, jarenlang met hem in een grot in Petra woonde, en naderhand een boek over haar leven daar schreef. Op aanvraag organiseert ze nu nog wandeltochten langs de plekken die ze beschreef, een van haar zoons zit ook in het toerisme.
Bron van Mozes
Rondom Petra zijn vanzelfsprekend genoeg overnachtingsmogelijkheden. Het plaatsje Wadi Musa zit er vol mee. Variërend van low budget tot vijfsterrenhotels. Eventueel kun je in Wadi Musa nog fietsen huren en naar de hammam gaan. Of een kort bezoek brengen aan de bron van ‘Musa’, de plek waar Mozes volgens de overlevering water uit een rots sloeg.
De rots bevindt zich nu in een klein koepelgebouwtje aan het begin van het dorp dat redelijk druk bezocht wordt door devote pelgrims, voornamelijk moslims, die er hun jerrycans laten vollopen met heilig water.
Kersttijd
Mozes’ bron is weinig opvallend, maar herinnert je er wel aan dat de gezamenlijke wortels van het jodendom, christendom en de islam allemaal daar, in het Midden-Oosten, liggen. Bethlehem, de geboorteplaats van Jezus, is niet ver weg.
Jezus, die ook een belangrijke profeet voor moslims is, vertoefde geruime tijd op het grondgebied van het huidige Jordanië. Zelfs al ben je niet gelovig, is dat toch bijzondere wetenschap. Misschien nog wel extra in de kersttijd.
© 2011, Mariëtte van Beek
Vind je Reisomtereizen.nl leuk? Like dan de speciale fanpage op Facebook. ;-)